Willem Denys

Willem Joseph Daniel Eduard Renaat Denys zag het levenslicht, een zondagavond te negen uur, op 3 december 1911, in het ouderlijk huis in de Ooststraat te Roeselare, waar vader Achiel en moeder Margriet Schelpe een gereputeerde zaak in bont en hoogwaardig textiel voerden. Willem was het zesde kind van een gezin dat tien kinderen zou tellen, waarvan drie priesters-missionarissen en een kloosterzuster.

Hijzelf doorliep de Grieks-Latijnse Humaniora in het Klein Seminarie en volgde naderhand zijn vader op in de handelszaak.
Hij huwde op 12 april 1939 met Paula De Bevere, dochter van een welbekende familie.
Hij overleed te Roeselare in zijn woonhuis in de Sint-Hubrechtsstraat op donderdag 10 maart 1983, te zes uur in de morgen en werd ten grave gedragen, begeleid door zijn talrijke familieleden en vrienden. Het was een mistroostige regendag.

Naast de drukke handelszaak gaf Willem Denys, en dit reeds vanaf zijn jeugd, blijk van literaire bewogenheid met een volksgetrouwe inslag. Daarenboven was hij een gevierd verteller en conferencier. Hij werd de dynamische voorzitter van de Ridderorde van t Manneke uit de Mane, de stichter van de Westclub aan zee en de vader van de Maten van Peegie.

Het verhaal van Peegie, de guitige Nieuwmarkter van Roeselare werd aanvankelijk uitgegeven als vervolgverhaal in het weekblad Het Wekelijks Nieuws en op aandringen van zijn vriend Boschvogel als volksboek. Door Willem Putman voor toneel bewerkt, kende het een niet te tellen aantal opvoeringen over gans het Vlaamse land.
Op initiatief van de Maten van Peegie werd door de BRTN een langspeelplaat geproduceerd, geselecteerd uit het BRTN-archief met lezingen door Willem zelf.